Durf in te gaan tegen de heersende opinie (Want deskundigen leiden aan blikvernauwing (NWT nov 2005)

NWT nov 2005

Het is een hele eer voor Natuurwetenschap & Techniek dat de Vrije Universiteit De Glazen Griffioen 2005 voor wetenschapsjournalistiek heeft toegekend aan onze verslaggever Marcel Crok voor het artikel Klimaat verandert door foute statistiek (NW&T, februari 2005).

It Soal in Workum heeft een mooi starnd voor dagrecreatie. Maak hand in hand een mooie strandwandeling, sla vanaf de wal uw hengel uit of geniet van een heerlijke boottocht terwijl de wind door uw haren strijkt… Het zijn dé ingrediënten voor een onvergetelijke vakantie in watersportprovincie Friesland.
Hoezo klimaatverandering? It Soal in Workum heeft een mooi strand voor dagrecreatie. Het zijn dé ingrediënten voor een onvergetelijke vakantie in watersportprovincie Friesland.

Hier het prijswinnende verhaal:      20_31_NWT2_Omlagverh

Specialisering leidt tot blikvernauwing

De drie genomineerden, naast Marcel Sander Becker van Trouw en Jair Stein van VPRO’s Noorderlicht, hebben gemeen dat zij reportages maakten die lijnrecht tegen een heersende opvatting ingaan: de dictatuur van het joggen en groenvoer, het zogenaamde bewijs in The Lancet voor honderdduizend burgerslachtoffers in Irak en het klimaatapocalysme in de Nederlandse publieke opinie.

Omdat linkse politici het klimaatbeleid opeisen wordt scepsis over de wetenschappelijke claims per definitie als rechts gekwalificeerd. Daarom pareerde klimaatwetenschapper Michael Mann de kritiek van Stephen McIntyre, op wiens informatie ons verhaal was gebaseerd, door te beweren dat McIntyre belangen in de energie-industrie had. Evenzo kun je van Jair Stein’s reportage zeggen: hij plaatst kritische kanttekeningen bij het aantal burgerslachtoffers, hij zal wel vóór de Amerikaanse invasie zijn. En als Sander Becker zich afvraagt of je wel langer leeft op veel verse groente dan encanailleert hij zich met junkfoodproducenten. Zo kun je iedereen in diskrediet brengen.

Volgens de jury was daarom durf nodig. Dat mag politiek gezien zo zijn, journalistiek gezien is hier slechts sprake van goede ambachtelijkheid, die inderdaad meer uitzondering is dan regel in de wetenschapsjournalistiek en daarom zo opvalt. De verslaggevers zijn vertrokken vanuit de nieuwsgierigheid van hun lezer. Die vraagt zich immers af: is het allemaal wel waar, wat ik voortdurend over me uitgestort krijg? Dat het klimaat steeds warmer wordt door ons toedoen kregen we in de weken voorafgaand aan het van kracht worden van het Kyotoverdrag tot vervelens toe ingepeperd door de media.

Dan zoek je een nieuwe invalshoek en dat begint met kritisch onderzoek. De drie voorbeelden laten zien dat je met een goed idee al het halve verhaal hebt. Door gebrek aan originaliteit is wetenschapsjournalistiek verbannen naar een eigen rubriek ergens achterin de krant of laat op de avond onder de hoede van specialisten, die ‘de ontwikkelingen in de wetenschap volgen’.

Journalistiek en specialisering verhouden zich altijd wat moeizaam. In aanvang werkt het, maar op den duur leidt het tot blikvernauwing. Sportverslaggevers gaan zich gedragen als voetbalcoach, parlementair redacteuren als Kamerlid, wetenschapsjournalisten als academici. Telkens zie je het gebeuren: hun stukken worden onleesbaar. Het leukste boek dat ik in jaren heb gelezen over wetenschap is geschreven door Bill Bryson, Een korte geschiedenis van bijna alles. Het was zijn eerste kennismaking met dit vakgebied.

Het specialisme wetenschapsjournalistiek is zo langzamerhand verworden tot gespecialiseerd zijn in het navertellen van wat prominente vakbladen als Nature en Science publiceren – een vorm van voorlichting. Wat midden in de week verschijnt in ‘de bladen’, op websites als Eurekalert en in de talloze gratis nieuwsbrieven en persberichten van universiteiten, dat vind je op zaterdag gewassen en gestreken terug in de kranten en op radio en televisie.

De peer review van de grote wetenschappelijke tijdschriften werkt conformisme in de hand. Hun embargo-eis maakt het onderzoekers steeds moeilijker het achterste van de tong te laten zien, want als ze eerder iets over hun resultaten verklappen, kunnen ze publicatie in die prestigieuze kolommen wel vergeten. Wetenschapsjournalisten werken doorgaans mee aan dit systeem van zelfcensuur door niets op te schrijven wat volgens de onderzoeker in kwestie kans maakt ooit nog eens in Nature of Science te komen.

Wie de voorpagina of prime time wil halen zal een bres moeten slaan in dit gesloten systeem. Vindingrijkheid en vasthoudendheid zijn dan net zo essentieel als deskundigheid.

 

Erwin van den Brink